Zoeken

 
De operatie PDF Afdrukken E-mail

Vlak voor de operatie:

Meestal wordt U de avond voor de operatie opgenomen, en de volgende ochtend geopereerd. Van de afdeling wordt U naar de voorbereidingskamer gebracht. Daar krijgt U een infuus. Vervolgens wordt U naar de operatiekamer gebracht, waar de anesthesist U in slaap brengt. Dan wordt een urinekatheter ingebracht. Tevens krijgt U een eenmalige dosis antibiotica toegediend. Wanneer de voorbereidingen van de anesthesist voltooid zijn, wordt U door het operatieteam onder steriele omstandigheden afgedekt en kan de operatie beginnen.

 

De operatie zelf:

Het litteken begint over de bekkenkam en buigt af naar uw bovenbeen. Het onderste deel van het litteken is zichtbaar buiten uw ondergoed. Omdat uw heupgewricht omgeven is door bloedvaten en zenuwen, wordt het heupgewricht en bekken via een veilige techniek benaderd. Hierbij wordt de aanhechting van één spier (de M. Rectus Femoris) met een botblokje losgemaakt van de voorzijde van het bekken. Aan het eind van de operatie, wordt dit blokje met daaraan vast de spier, weer opnieuw gefixeerd aan het bekken. De spier zelf, blijft dus ongemoeid.

       
 fig. 44
 fig. 45
 fig. 46
 fig. 47

 

 

Figuur 44: het litteken over de bekkenkam.

Figuur 45: De eerste snede van de standsverandering wordt aangebracht vlak onder de heupkop, met behulp van speciale instrumenten. Het heupgewricht zelf wordt hierbij niet geopend.

Figuur 46 en 47: In stippellijn is aangegeven hoe de standscorrectie wordt uitgevoerd. De heupkom wordt uit het bekken losgemaakt, waarbij de ring van het bekken intact blijft.

Wanneer het heupgewricht goed vrij ligt, worden met een aantal speciale beitels en andere instrumenten een aantal zeer gecontroleerde sneden gemaakt rond de heupkom. Dit deel van de operatie wordt verricht onder röntgencontrole.

 

De eerste snede vindt plaats vlak onder de heupkop.

Met de tweede snede wordt het schaambeen, vlak naast de heupkop, doorgenomen.

Met de derde snede wordt het bekken vlak boven de heupkop doorgenomen.

Met de vierde snede wordt het zitbeen doorgenomen, waarbij de ring van het bekken intact blijft. Wanneer de laatste snede uitkomt bij de eerste snede, is de heupkom helemaal losgemaakt uit het bekken. Vervolgens wordt de heupkom in de goede stand over de heupkop gekanteld en tijdelijk vastgezet. Dan vindt radiologische controle plaats, om te beoordelen of de correctie voor de individuele patiënt voldoende is. Indien dit het geval is, wordt de gedraaide heupkom met drie of vier schroeven vastgezet. Uiteindelijk vind een laatste röntgencontrole plaats.

 

         
 fig. 48
fig. 49 
 fig. 50
 fig.51
 fig. 52

 

Figuur 48: Bij de tweede snede van de standscorrectie wordt het schaambeen doorgenomen, vlak naast de heup.

Figuur 49: Bij de derde snede wordt de voorzijde van het bekken, vlak boven de heupkom doorgenomen. De grote buigspier ( Iliopsoas) wordt hierbij opzij gehouden.

Figuur 50 en 51:Tot slot wordt met verschillende instrumenten het zitbeen doorgenomen, waardoor alle sneevlakken van de standscorrectie met elkaar verbonden zijn. De heupkom ligt nu los van het bekken. Vervolgens wordt in de losgemaakte heupkom een soort van handvat via een klein gaatje tijdelijk ingebracht. Door aan dit handvat te draaien, wordt het fragment in de goede stand gebracht en over de heupkop gedraaid. Voor elke patient is deze correctie verschillend.

Figuur 52 : De heupkom is in de goede stand gedraaid. Het schaambeen is iets omhoog gekomen en onder en boven de heupkom (met het blauwe kraakbeen) zijn de oranje botvlakken zichtbaar, waar de draaiing van het bot heeft plaatsgevonden. Vanwege deze relatief grote botvlakken, ontstaat er een snelle genezing van de botoppervlaktes aan elkaar. Wanneer de stand en correctie goed is, wordt de heupkom opnieuw vastgezet met een aantal schroeven.

 

Wanneer een zeer grote correctie noodzakelijk is, kan botweefsel uit uw bekkenkam gehaald worden, wat tussen de sneevlakken geplaatst wordt. Dit om snellere en betere genezing van de botvlakken mogelijk te maken.

Afhankelijk van de situatie, kan het gewrichtskapsel van de heup nog worden opengemaakt. De heupkop wordt dan geïnspecteerd, en soms kunnen beschadigingen van het gewrichtskapsel, het labrum of de heupkop worden gerepareerd.

Vervolgens wordt de wond gesloten. De huid wordt met oplosbare, onderhuidse hechtingen gesloten, die niet verwijderd hoeven te worden. Soms wordt een wondvochtslangetje achtergelaten, welke na 24 uur verwijderd wordt.

De operatie duurt circa 75 minuten.

Na de operatie wordt u naar de uitslaapkamer gebracht, waar frequente controles plaatsvinden. Zodra U goed wakker en stabiel bent, wordt U overgebracht naar de afdeling.

 

         
 fig. 53
 fig. 54
 fig. 55
 fig. 56
 fig. 57

Figuur 53 en 54: Het resultaat van de Ganz-osteotomie. Foto's worden in verschillende richtingen gemaakt om de correctie en overdekking goed te kunnen beoordelen.

Figuur 55-57:  Het resultaat bij een patient met dubbelzijdige heupdysplasie.

 

© 2006 Dr. M. Heeg. All rights reserved.